Mede vanwege de wens van vermogende particulieren om uit de publiciteit te blijven, zijn wij eerder dit jaar ingegaan op de aandachtspunten bij het opzetten van een privacy structuur via een open commanditaire vennootschap (CV). Aan de hand van het aantal views op de website bleek al snel dat deze blog zeer populair was. Voor een opfrissing van het geheugen om te beginnen eerst nog even de structuur, zoals die in de praktijk vaak gebruikt wordt.
De kritiek: open CV negeren, waardoor sprake is van een acute belastingclaim?
Toeval of niet, maar kort na het schrijven van de blog verscheen in de vakliteratuur een zeer kritisch artikel over het gebruik van de open CV. Vanwege het hoge technische gehalte van deze discussie, die zelfs teruggaat tot het Romeinse recht, voert het te ver om hier heel uitputtend op in te gaan. De kern van de kritiek was in ieder geval dat de open CV feitelijk niet bedoeld is als alternatief voor de holdingvennootschap. Indien een DGA zowel beherend als commanditair vennoot is, moet de CV naar de mening van de auteurs als het ware worden genegeerd. In dat geval zijn (dividend)uitkeringen vanuit de onderliggende B.V. aan de C.V. rechtstreeks bij de DGA belast met aanmerkelijk belangheffing.
Het Financieele Dagblad, normaal gesproken toch vrij goed ingevoerd, gooide nog wat extra olie op het vuur door te schrijven dat DGA’s door het opzetten van een open CV de aanmerkelijk belangbelasting in box 2 ontlopen en dat voor hen een belastingclaim van tientallen miljoenen zou dreigen.
De reacties vanuit de praktijk en de staatssecretaris
Al vrij snel verschenen vanuit de praktijk verschillende reacties op de kritiek, waarbij de algemene conclusie was: het valt allemaal wel mee. De wetgeving en jurisprudentie zijn duidelijk over de eisen waar de open CV aan moet voldoen. Zolang deze worden nageleefd, is geen sprake van een acute belastingclaim. Naar aanleiding van Kamervragen over het anonimiseren van vermogen via een CV heeft ook staatssecretaris Snel van Financiën aangegeven de kritiek niet te delen. Dit standpunt heeft hij op 20 november bij de beantwoording van nieuwe Kamervragen nog maar eens herhaald. Tussentijds zijn bovendien de oorspronkelijke bezwaren tegen de structuur afgezwakt door de auteurs zelf.
De conclusie
Kortom: het gebruik van een open CV blijft voor vermogende particulieren een mooi hulpmiddel voor het (beter) waarborgen van hun privacy. Het is wel noodzakelijk om zorgvuldig te werk te gaan, want het opzetten van een privacy structuur is maatwerk. Ook timing is een belangrijk aspect. Door het tijdig opzetten van de structuur – bijvoorbeeld voorafgaand aan de verkoop van een bedrijf – blijft vermogen uit het zicht van de buitenwereld. Belastingbesparing is niet het motief. Of zoals de staatssecretaris het zelf zegt: “Aangezien deze anonimiseringsstructuren niet opgezet zijn om minder inkomstenbelasting te betalen, noch om het vermogen buiten het zicht van de Belastingdienst te krijgen, is er geen reden voor de desbetreffende DGA om niet meer op deze wijze een structuur op te zetten, die veelal slechts gericht is op het beschermen van de privacy van de vermogende(n) en zijn (hun) familie.”
Heeft u interesse in een privacy structuur? Bij Watermill bent u hiervoor aan het juiste adres.
- Welke ontwikkelingen kunnen we de tweede helft van 2021 verwachten op het gebied van estate planning? - 26/07/2021
- De maatschap als entiteit voor gezamenlijk beleggen in onroerend goed - 05/02/2021
- Hoe benutten eigenaren van een NSW-landgoed de fiscale faciliteiten optimaal, nu en in de toekomst? - 22/10/2019