Het hing al enige tijd boven de markt, de maatregel waarbij alle schulden aan de eigen BV boven de
€ 500.000 vanaf 1 januari 2022 belast zouden gaan worden in box 2. Een uitzondering zou dan nog gelden voor de leningen die te maken hadden met de eigen woning.
De vraag was: zou de soep echt zo heet gegeten worden als deze was opgediend, of was het alleen maar bangmakerij om wat extra belasting binnen te halen?
Inmiddels weten we het. Het kabinet Rutte is de DGA niet erg goed gezind, want de soep wordt wel heel erg heet opgediend. Op 4 maart 2019 is het concept wetsvoorstel verschenen, https://www.internetconsultatie.nl/bovenmatiglenen, en u heeft de mogelijkheid om te reageren. Ik zou zeggen: doe dat ook!
De voorgestelde regeling
Alle schulden boven de € 500.000 komen onder de regeling te vallen. Dus ook als de schulden voor zakelijke doeleinden zijn aangegaan, vallen ze gewoon onder de maatregel. Om het nog wat erger te maken worden de schulden van de DGA en zijn of haar partner samengeteld. Daarnaast hebben zij echter volgens het wetsvoorstel maar één keer recht op de drempel van € 500.000.
Voor de creatieveling onder ons, daar heeft het kabinet ook aan gedacht. Want ook leningen aan bloed- of aanverwanten in de recht lijn of die van je partner vallen onder de maatregel. Dus snel via uw dochter lenen werkt niet. Vervelender is het dat ook gewone leningen van de BV aan bijvoorbeeld de kinderen meetellen voor de grens van € 500.000.
Verder wordt in het voorstel geprobeerd alle ontwijkpogingen te vangen, door ook op te nemen dat direct en indirect geleende gelden meetellen. De lening via de buurman laten lopen gaat dus niet werken, maar ook de bank laten herfinancieren kan in bepaalde situaties problemen geven.
Lening voor eigen woning
Zoals al eerder is aangegeven, doen leningen die verstrekt zijn voor de eigen woning niet mee voor de grens van € 500.000. Het moet dan gaan om een echte eigenwoningschuld, die aan alle regels voor de fiscale aftrek voldoet. Een nieuw element is echter dat de uitzondering voor de grens van € 500.000 alleen maar van toepassing is als ook ten behoeve van de BV recht van hypotheek is gevestigd. Dit is in de praktijk vaak niet het geval en dus een belangrijk aandachtspunt. Deze verplichting geldt echter niet voor reeds op 31 december 2021 bestaande eigenwoningschulden.
Fictief voordeel
Door de voorgestelde maatregel worden alle schulden boven de € 500.000 in de belastingheffing betrokken. Dit gebeurt door de te hoge schuld als een fictief voordeel te belasten. Stel dat de schuld bijvoorbeeld € 700.000 euro is, dan wordt dus een bedrag van € 200.000 in de belastingheffing van box 2 betrokken. De schuld blijft echter gewoon bestaan, en er moet nog steeds rente worden betaald. Is het een schuld die op dat moment in box 3 wordt afgetrokken, dan kan dat nog steeds blijven plaatsvinden. De maatregel heeft dus alleen gevolgen voor box 2.
Ingangsdatum
De bedoeling is dat het wetsvoorstel op 1 januari 2022 in werking treedt. Echter wordt voor de belastingheffing, waar het gaat om de omvang van de schuld, gekeken naar de situatie op 31 december 2022. In die zin heeft u tot 31 december 2022 de tijd om de schuld weg te werken. Inmiddels is het tarief in box 2 dan natuurlijk wel opgelopen tot 26,9%.
Welke actie nu?
De eerste actie is natuurlijk reageren op de internetconsultatie. Laat de soep niet koud worden, want waarom zou een volstrekt zakelijke schuld aan de BV, bijvoorbeeld voor het financieren van onroerend goed, onder de maatregel moeten vallen? Dit klemt temeer nu de onroerendgoedmarkt steeds meer afhankelijk wordt van particuliere financiers. En we willen toch graag woningen blijven bouwen?
Het is in ieder geval goed om uw situatie naast het wetsvoorstel te leggen. Vervolgens kan een stappenplan worden gemaakt hoe de maatregel in uw situatie kan worden voorkomen. Kan de bank een rol spelen of is herfinanciering op een andere manier een optie? En wie weet wie ú dan weer kunt helpen?
Werk aan de winkel in ieder geval! We houden u op de hoogte.